24 november 2012
Je moet je voorstellen dat je een goede vriend hebt die je erdoor sleept als je het moeilijk hebt. Die je troost.
Een vriend die er altijd is, iemand die je mist als hij niet met je meegaat het vliegtuig in. Zo’n vriend. Maar..
Hij komt wel steeds geld bij je lenen en betaalt je nooit terug. Hij lacht lief maar hij liegt wel eens. Toch ben je gek op ‘m
Zo iemand die ze aanduiden als ‘verkeerde vrienden’. Dat weten je hersens wel, maar je hartje zegt: het geeft niets!
Maar gaandeweg merk je dat hij je leven regeert. Dat jij niet meer in charge bent, maar hij. Dat je zijn voetveegje geworden bent
En hoewel je zielsveel van hem houdt, inclusief zijn duistere kantjes, beslis je op een dag dat jullie wegen moeten scheiden.
En iedereen in je omgeving roept: hoera! Ze slaan je op de schouders. Maar jij juicht helemaal niet. Integendeel. Je hebt verdriet
Je hebt je vriend verloren, hij is er niet meer voor je. Hij troost je niet meer, helpt je niet meer door je moeilijke momenten.
Je bent hem kwijt. Niet voor even, maar voorgoed . Hij mag nooit meer terugkomen . En er komt niemand in zijn plaats.
Mensen zeggen: je hebt je bevrijd! Maar het voelt juist alsof je opgesloten zit in een koude kamer zonder troost. Het rouwen begint
Het is een rouwproces. Moet je je voorstellen dat je vriend is overleden en mensen lachend zeggen: daar ben je mooi vanaf nu!
Maar dit alles was twee jaar geleden en het ligt achter me. Ik ben een ex-roker. Sadder and wiser. Het rouwproces is voorbij.